Aan elk object zijn machtigingen gekoppeld waarmee de toegang tot het object kan worden beperkt. U kunt deze speciale machtigingen wijzigen om de toegang tot een bepaald object te definiëren.

U kunt deze procedure alleen uitvoeren als u de eigenaar van het object bent of door de eigenaar hiervoor bent gemachtigd. Bekijk de details onder 'Aanvullende overwegingen' in dit onderwerp.

Speciale machtigingen instellen, bekijken, wijzigen of verwijderen
  1. Klik met de rechtermuisknop op het object waarvoor u geavanceerde of speciale machtigingen wilt instellen, klik op Eigenschappen en klik vervolgens op het tabblad Beveiliging.

  2. Klik op Geavanceerd en klik vervolgens op Machtigingen wijzigen.

  3. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Machtigingen:

    • Speciale machtigingen voor een extra groep of gebruiker instellen.

      Klik op Toevoegen. Typ bij Geef de namen van de objecten op (voorbeelden), typ de naam van de gebruiker of groep en klik vervolgens op OK.

    • Speciale machtigingen voor een bestaande groep of gebruiker bekijken of wijzigen.

      Klik op de naam van de gebruiker of groep en klik op Bewerken.

    • Een bestaande groep of gebruiker en de bijbehorende speciale machtigingen verwijderen.

      Klik op de naam van de gebruiker of groep en klik op Verwijderen. Als de knop Verwijderen niet beschikbaar is, schakelt u het selectievakje Overneembare machtigingen van het bovenliggende object opnemen uit. Klik vervolgens op Verwijderen.

    Waarschuwing

    Als u het selectievakje Alle machtigingen op onderliggende objecten vervangen door overneembare machtigingen van dit object inschakelt, worden de machtigingsvermeldingen van alle submappen en bestanden teruggezet op de vermeldingen die kunnen worden overgenomen van het bovenliggende object.

  4. Schakel het desbetreffende selectievakje Toestaan of Weigeren in het vak Machtigingen in of uit.

  5. Selecteer in Toepassen op de mappen en submappen waarop u deze machtigingen wilt toepassen.

  6. Als u de beveiliging zo wilt instellen dat deze machtigingen niet door submappen en bestanden worden overgenomen, schakelt u het selectievakje Deze machtigingen alleen toepassen op objecten en/of containers in deze container uit.

  7. Klik op OK en klik nogmaals op OK in Geavanceerde beveiligingsinstellingen voor <objectnaam>.

Aanvullende overwegingen

  • Groepen of gebruikers die de machtiging Volledig beheer hebben voor een map kunnen bestanden en submappen in deze map verwijderen, ongeacht de machtigingen die voor de bestanden en de submappen zijn ingesteld.

  • Mogelijk kunt u deze procedure alleen uitvoeren als u meer machtigingen verkrijgt via Gebruikersaccountbeheer.

  • U kunt Windows Verkenner openen door op Start te klikken, achtereenvolgens Alle programma's en Bureau-accessoires aan te wijzen en op Windows Verkenner te klikken.

  • Anonieme aanmelding maakt niet langer deel uit van de groep Iedereen.

  • Als u het selectievakje Overneembare machtigingen van het bovenliggende object opnemen uitschakelt, worden voor dit bestand of deze map geen machtigingsvermeldingen overgenomen van het bovenliggende object.

  • U kunt alleen NTFS-machtigingen instellen op stations die geschikt zijn voor het gebruik van NTFS.

  • Als de selectievakjes in het vak Machtigingen grijs worden weergegeven, worden de machtigingen overgenomen van de bovenliggende map.

Aanvullende naslaginformatie


Inhoudsopgave