Ga als volgt te werk als u wilt beheren welke acties of activiteiten in Autorisatiebeheer worden gecontroleerd.

U moet zijn toegewezen aan de gebruikersfunctie Administrator van Autorisatiebeheer als u deze procedure wilt uitvoeren. Standaard is minimaal het Windows-groepslidmaatschap Administrators toegewezen aan deze functie. Bekijk de details onder 'Aanvullende overwegingen' in dit onderwerp.

Controle activeren voor een autorisatiearchief
  1. Open indien nodig Autorisatiebeheer.

  2. Klik in de consolestructuur met de rechtermuisknop op het autorisatiearchief dat u wilt controleren en klik vervolgens op Eigenschappen.

  3. Klik in het dialoogvenster Eigenschappen op het tabblad Controlebeleid en voer vervolgens een of beide van de volgende handelingen uit:

    • Als u de initialisatie van de toepassing in runtime wilt controleren, schakelt u het selectievakje Initialisatie van toepassingen in runtime controleren in.

    • Als u wijzigingen in het autorisatiearchief wilt controleren, schakelt u het selectievakje Wijzigingen in autorisatiearchief controleren in.

Aanvullende overwegingen

  • U hebt toegang tot een autorisatiearchief nodig om deze procedure te kunnen uitvoeren. Leden van de groep Administrators hebben standaard de vereiste toegang, maar in Autorisatiebeheer kunt u verantwoordelijkheden delegeren. Zie 'Aanvullende naslaginformatie' in dit onderwerp voor meer informatie.

Aanvullende naslaginformatie


Inhoudsopgave