Een client is een front-end toepassing die gebruikmaakt van de services die door een server worden verstrekt. De computer waarop de toepassing is geïnstalleerd, wordt de clientcomputer genoemd. Door middel van clientsoftware kunnen computers verbinding maken met een Microsoft SQL Server-instance in een netwerk.

SQL Server-clients kunnen toepassingen van verschillende typen zijn, zoals:

  • OLE DB-verbruikers.
    Deze toepassingen maken gebruiken van de Microsoft OLE DB-provider voor SQL Server of de Microsoft OLE DB-provider voor ODBC om verbinding te maken met en te communiceren met SQL Server-instances. De OLE DB-providers fungeren als intermediair tussen een SQL Server-instance en clienttoepassingen die SQL Server-gegevens als OLE DB-rijensets verbruiken.
  • ODBC-toepassingen.
    Dit zijn clienthulpprogramma's die bij SQL Server zijn geïnstalleerd, zoals SQL Server Enterprise Manager en SQL Query Analyzer, maar ook andere toepassingen die gebruikmaken van het ODBC-stuurprogramma van SQL Server om verbinding te maken met en te communiceren met een SQL Server-instance.
  • DB-Library-clients, waaronder het opdrachtregelhulpprogramma isql van SQL Server en clients die zijn geschreven voor DB-Library.

Ongeacht het type toepassing bestaat het beheren van een client hoofdzakelijk uit het configureren van de verbinding met de servercomponenten van SQL Server. Afhankelijk van de vereisten van uw site kan het clientbeheer uiteenlopen van het invoeren van de naam van de servercomputer tot het opstellen van een bibliotheek van aangepaste configuratievermeldingen om in een diverse omgeving met meerdere servers te voorzien.

Inhoudsopgave