Voorkeursextensies ondersteunen Windows-omgevingsvariabelen en genereren een aantal extra procesomgevingsvariabelen. Elke variabele kan worden gebruikt in een configuratieparameterwaarde. Elk Help-document vermeldt of variabelen in een specifiek veld worden ondersteund.

Opmerking

Met behulp van doelitems van het type Doelitems van het type Vergelijken met register kunt u variabelen tijdens client-runtime definiëren, die vervolgens het gedrag bepalen aan de hand van de doelitems van het type Doelitems van het type Omgevingsvariabele of als waarden in een voorkeursiteminstelling.

Windows-omgevingsvariabelen

De Windows-omgeving is een lijst met variabelen die zijn opgeslagen als naam-/waardeparen. Als u de huidige lijst met variabelen wilt zien, typt u SET bij de opdrachtprompt. Elk proces, inclusief het bureaublad, heeft een lijst met variabelen die uniek zijn voor dat proces. Wanneer een proces een ander proces start, wordt er meestal een kopie van de omgeving van het startproces doorgegeven aan het opgestarte proces. Namen van omgevingsvariabelen worden gewoonlijk omsloten door twee percentagetekens (bijvoorbeeld %ProgramFiles%). Windows zet de omgevingsvariabele om wanneer een toepassing de waarde bij de naam opvraagt.

Voorkeursprocesvariabelen

Voorkeursextensies implementeren de procesvariabelen die hier worden vermeld.

Opmerking

Variabelen zijn niet hoofdlettergevoelig.

%AppDataDir%

De map Application Data van de huidige gebruiker.

%BinaryComputerSid%

De SID van de computer in hexadecimale indeling.

%BinaryUserSid%

De SID van de huidige gebruiker in hexadecimale indeling. 

%CommonAppdataDir%

De map Application Data van 'alle gebruikers'.

%CommonDesktopDir%

De map Desktop van 'alle gebruikers'.

%CommonFavoritesDir%

De map Explorer Favorites van 'alle gebruikers'.

%CommonProgramsDir%

De map Programs van 'alle gebruikers'.

%CommonStartMenuDir%

De map Start Menu van 'alle gebruikers'.

%CommonStartUpDir%

De map Startup van 'alle gebruikers'.

%ComputerName%

De NetBIOS-naam van de computer.

%CurrentProcessId%

De numerieke identiteit van het hoofdclientproces.

%CurrentThreadId%

De numerieke identiteit van de hoofdclient-thread.

%DateTime%

De huidige tijd (UTC).

%DateTimeEx%

De huidige tijd (UTC) met milliseconden.

%DesktopDir%

De map Desktop van de huidige gebruiker.

%DomainName%

De domeinnaam of werkgroep van de computer.

%FavoritesDir%

De map Explorer Favorites van de huidige gebruiker.

%LastError%

De laatste foutcode die tijdens de configuratie is aangetroffen.

%LastErrorText%

De tekstbeschrijving van de laatste foutcode.

%LdapComputerSid%

De SID van de computer in LDAP-escaped binaire indeling.

%LdapUserSid%

De SID van de huidige gebruiker in LDAP-escaped binaire indeling.

%LocalTime%

De huidige lokale tijd.

%LocalTimeEx%

De huidige lokale tijd met milliseconden.

%LogonDomain%

Het domein van de huidige gebruiker.

%LogonServer%

De domeincontroller die de huidige gebruiker heeft geverifieerd.

%LogonUser%

De gebruikersnaam van de huidige gebruiker.

%LogonUserSid%

De SID van de huidige gebruiker.

%MacAddress%

Het MAC-adres dat als eerste op de computer is gedetecteerd.

%NetPlacesDir%

De map My Network Places van de huidige gebruiker.

%OsVersion%

Het besturingssysteem: Windows Server® 2008 R2, Windows® 7, Windows Server® 2008, Windows Vista®, Windows Server 2003, Windows XP of Onbekend.

%ProgramFilesDir%

De map met Windows-programmabestanden.

%ProgramsDir%

De map Programs van de huidige gebruiker.

%RecentDocumentsDir%

De map Recent Documents van de huidige gebruiker.

%ResultCode%

De afsluitcode van de client.

%ResultText%

De tekstbeschrijving van de afsluitcode van de client.

%ReversedComputerSid%

De SID van de computer in hexadecimale indeling met omgekeerde bytevolgorde.

%ReversedUserSid%

De SID van de huidige gebruiker in hexadecimale indeling met omgekeerde bytevolgorde.

%SendToDir%

De map Send to van de huidige gebruiker.

%StartMenuDir%

De map Start Menu van de huidige gebruiker.

%StartUpDir%

De map Startup van de huidige gebruiker.

%SystemDir%

De Windows-systeemmap.

%SystemDrive%

De naam van het station waarop het besturingssysteem wordt uitgevoerd.

%TempDir%

De map Temp van de huidige gebruiker, zoals bepaald door de API van Windows.

%TimeStamp%

De tijdstempel van de configuraties die worden geïmplementeerd.

%TraceFile%

Het pad/de naam van het traceringsbestand.

%WindowsDir%

De Windows-map.

Voorkeursextensies bieden een lijst met variabelen die u kunt kiezen om in tekstvakken in te voeren. U kunt het dialoogvenster openen vanuit elk tekstvak dat:

  • niet is uitgeschakeld.

  • niet alleen-lezen is.

  • niet beperkt is tot een numerieke waarde.

Een variabele invoeren
  1. Open de console Groepsbeleidsbeheer. Klik met de rechtermuisknop op het groepsbeleidsobject dat het voorkeursitem bevat dat u wilt configureren, en klik vervolgens op Bewerken.

  2. Zet de cursor in het gewenste vakje.

    • Als u een voorkeursprocesvariabele wilt invoeren, drukt u op F3, selecteert u een variabele in de lijst en klikt u op Selecteren om de variabele in het vakje in te voegen.

    • Als u een bestaande Windows-omgevingsvariabele wilt invoeren, typt u de variabele in het vak.

      Opmerking

      U kunt voorkomen dat een variabele wordt omgezet voordat deze op clientcomputers wordt toegepast (zodat de variabele en niet de omgezette waarde wordt weergegeven in de voorkeursinstelling op clientcomputers). Voor een voorkeursprocesvariabele schakelt u het selectievakje Variabele omzetten uit. Hiermee wordt <> tussen de scheidingstekens % % en de naam van de variabele geplaatst (bijvoorbeeld %<ProgramFiles>%). Voorkeursextensies verwijderen < >-tekens uit de tekst en laten de niet-omgezette variabele staan. U kunt deze syntaxis ook met een Windows-omgevingsvariabele gebruiken.

Aanvullende naslaginformatie


Inhoudsopgave