MMC-consoleopties instellen

MMC-consoleopties instellen
  1. Open een opgeslagen console in de auteursmodus. Dit kunt u op een van de volgende manieren doen:

    • Klik met de rechtermuisknop op het MSC-bestand en klik vervolgens op Auteur.

    • Klik op Start, klik in het tekstvak Zoekopdracht starten, typ mmc-pad\bestandsnaam.msc /a en druk op ENTER.

  2. Klik op Opties in het menu Bestand.

  3. Typ een nieuwe titel in het vak om de titel van de console te wijzigen.

  4. Als u het pictogram voor de console wilt wijzigen, klikt u op Ander pictogram. Typ bij Bestandsnaam het pad naar een bestand met pictogrammen.

  5. Klik bij Huidig pictogram op een pictogram en klik vervolgens op OK.

  6. Als u de standaardmodus voor de console wilt wijzigen, kiest u in Consolemodus een van de volgende vier modi waarin de console moet worden geopend.

    • Auteursmodus. In deze modus kunt u de console volledig aanpassen. U kunt modules aan de console toevoegen of eruit verwijderen, nieuwe vensters, Favorieten en takenlijsten maken. Daarnaast hebt u toegang tot alle opties van de dialoogvensters Weergave aanpassen en Opties. Gebruikers die een aangepast consolebestand voor zichzelf of anderen maken, werken doorgaans in deze modus. De gemaakte console wordt meestal opgeslagen in een van de gebruikersmodi.

    • Gebruikersmodus - volledige toegang. Vergelijkbaar met de auteursmodus, behalve dat gebruikers in deze modus geen modules kunnen toevoegen of verwijderen, geen consoleopties kunnen wijzigen en geen Favorieten of takenlijsten kunnen maken.

    • Gebruikersmodus - beperkte toegang, meerdere vensters. Verschaft toegang tot alleen die gedeelten van de structuur die zichtbaar waren toen het consolebestand werd opgeslagen. Gebruikers kunnen nieuwe vensters maken, maar kunnen geen bestaande vensters sluiten.

    • Gebruikersmodus - beperkte toegang, één venster. Verschaft toegang tot alleen die gedeelten van de structuur die zichtbaar waren toen het consolebestand werd opgeslagen. Gebruikers kunnen geen nieuwe vensters maken.

  7. Als de standaardmodus voor de console een van de gebruikersmodi is:

    • Als u niet wilt dat gebruikers de console kunnen bewerken, schakelt u het selectievakje Wijzigingen in deze console niet opslaan in.

    • Als u wilt dat gebruikers toegang hebben tot het dialoogvenster Weergave aanpassen, schakelt u het selectievakje De gebruiker kan weergaven aanpassen in.

Opmerkingen
  • Als u de titel van een console wijzigt, wordt het pad van items waarop in de consolestructuur wordt geklikt, niet meer weergegeven op de titelbalk. Het pad wordt wel weergegeven als u de titel niet wijzigt of als u de titel verwijdert.
  • Er zijn veel bestanden met pictogrammen die voor aangepaste consoles kunnen worden gebruikt. U vindt bijvoorbeeld meer pictogrammen in Shell32.dll in de map %Systemroot%\System32.
  • Als u niet elke keer het bericht Wilt u de instellingen van de console opslaan in consolenaam? wilt ontvangen als u een console sluit die in de auteursmodus is geopend, stelt u de standaardmodus voor de console in op een van de gebruikersmodi en schakelt u het selectievakje Wijzigingen in deze console niet opslaan uit. Alle wijzigingen in de console worden dan standaard opgeslagen.

Zie ook