Met deze procedure kunt u gebruikers toestaan een telefoonlijn of een telefoon op de telefoonserver te gebruiken. Nadat u deze procedure hebt uitgevoerd, kan de gebruiker de lijn of de telefoon op de telefoonserver gebruiken in telefoonprogramma's.

Een gebruiker die aan een telefoon of een lijn is toegevoegd, moet zich in hetzelfde domein als de telefoonserver bevinden of in een domein dat in twee richtingen een vertrouwensrelatie heeft met het domein waarin de server zich bevindt.

Lidmaatschap van de lokale groep Administrators , of daaraan gelijk, is minimaal vereist om deze procedure te voltooien. Bekijk de details over het gebruik van de juiste accounts en groeplidmaatschappen op https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=83477.

Een telefoongebruiker toevoegen aan een lijn of een telefoon
  1. De module Telefonie openen.

  2. Klik in de consolestructuur op de serviceprovider die u wilt beheren. U vindt de serviceprovider als volgt: dubbelklik op Telefonie, dubbelklik op de server die u wilt beheren en klik op de serviceprovider van de lijn die u wilt toewijzen.

  3. Klik in het detailvenster onder Lijnnaam of Naam van telefoon op de lijn of de telefoon.

  4. Klik in het menu Actie op Gebruikers bewerken.

  5. Klik in het dialoogvenster Gebruikers bewerken op Toevoegen.

  6. Klik in het dialoogvenster Gebruikers selecteren op Locaties en klik vervolgens op het domein waarin de gebruiker zich bevindt.

  7. Voer in het vak Geef de objectnamen op de naam in van de gebruiker aan wie u een lijn of telefoon wilt toewijzen en klik op OK.

Aanvullende overwegingen
  • U kunt deze procedure alleen uitvoeren als u lid bent van de groep Administrators op de lokale computer of als u bent opgegeven als telefoonbeheerder. Zie Telefoonbeheerders opgeven voor meer informatie.

  • Leden van groepen met beheerdersreferenties voor een telefoonserver hebben standaard toegang tot alle telefoonlijnen of telefoons op die server, zodat aan hen geen lijnen of telefoons op de server hoeven worden toegewezen. Leden van de lokale groep Administrators hebben vanuit elke computer in het domein toegang tot alle lijnen en telefoons op die server. Leden van de groep Domeinadministrators hebben toegang tot alle telefoonlijnen en telefoons op alle servers in het domein.

  • Als het domein van de gebruiker niet wordt weergegeven in het dialoogvenster Locaties, kunt u het domein met de volgende indeling opgeven bij Geef de objectnamen op:

    domein\gebruikersnaam

  • Met het opdrachtregelprogramma TSecImp kunt u ook lijnen en telefoons aan gebruikers toewijzen door de toewijzingen te importeren uit een XML-bestand. Zie Het opdrachtregelprogramma TSecImp gebruiken voor meer informatie.

  • Voordat een gebruiker de telefoonlijn of de telefoon kan gebruiken, moet de telefoonserver worden opgegeven op de clientcomputer. Zie Telefoonservers op een telefoonclient opgeven voor meer informatie.

Aanvullende naslaginformatie


Inhoudsopgave