Met Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP) kunt u opgeven wie verbinding met een RD-gatewayserver kan maken. U kunt een lokaal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief opgeven (Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP) die zijn opgeslagen op de RD-gatewayserver) of een centraal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief [Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP) die zijn opgeslagen op een centrale server waarop NPS (Network Policy Server) wordt uitgevoerd, voorheen RADIUS-server (Remote Authentication Dial-In User Service) genoemd].

In deze procedure wordt beschreven hoe u een bestaand lokaal of centraal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief opgeeft. U kunt ook een nieuw lokaal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief maken of een nieuw centraal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief opgeven. Zie RD CAP's maken of Nieuw centraal RD CAP-archief opgeven voor meer informatie. Centraal opgeslagen Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP) worden opgeslagen op servers waarop NPS wordt uitgevoerd.

Belangrijk

U moet ook een Bronautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD RAP) maken als u dat nog niet hebt gedaan.

U kunt deze procedure alleen uitvoeren als u op de Extern bureaublad-gatewayserver die u wilt configureren, minimaal lid bent van de lokale groep Administrators of over gelijkwaardige rechten beschikt. Bekijk de details over het gebruik van de juiste accounts en groeplidmaatschappen op https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=83477.

Een bestaand lokaal of centraal RD CAP-archief opgeven
  1. Open Extern bureaublad-gatewaybeheer op de RD-gatewayserver. U opent Extern bureaublad-gatewaybeheer als volgt: klik op Start, ga naar Systeembeheer, ga naar Extern bureaublad-services en klik op Extern bureaublad-gatewaybeheer.

  2. Klik in de consolestructuur van Extern bureaublad-gatewaybeheer met de rechtermuisknop op de lokale RD-gatewayserver en klik vervolgens op Eigenschappen.

  3. Voer in het dialoogvenster Eigenschappen voor de RD-gatewayserver op het tabblad RD CAP-archief een van de volgende handelingen uit:

    • Als u een lokaal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief wilt opgeven, klikt u op Lokale server waarop NPS wordt uitgevoerd en vervolgens klikt u op OK.

    • Als u een centraal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief wilt opgeven, klikt u op Centrale server waarop NPS wordt uitgevoerd, klikt u op de naam van de gewenste server waarop NPS wordt uitgevoerd en klikt u vervolgens op OK.

      Als u een centraal Verbindingsautorisatiebeleid voor Extern bureaublad (RD CAP)-archief opgeeft, moet u er ook voor zorgen dat de instellingen en het beleid worden geconfigureerd die zijn nodig op de centrale server waarop NPS wordt uitgevoerd. Ga naar de pagina van Extern bureaublad-services op het Windows Server 2008 R2 TechCenter (https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=140433, mogelijk in het Engels) voor meer informatie over RD-gateway.


Inhoudsopgave