Procesfilteringscriteria worden gebruikt voor het filteren van processen die op het systeem worden uitgevoerd en voor het in groepen onderbrengen van de gefilterde processen. Vervolgens kunnen deze groepen door een toewijzingsbeleid voor bronnen worden beheerd.

Hoe processen worden gefilterd

Elk procesfilteringscriterium bestaat uit een of meer filtercriteria die de logica opgeven waarmee processen worden geselecteerd. Zodra een procesfilteringscriterium is gedefinieerd, kan het worden gebruikt in een of meer brontoewijzingen.

Een procesfilteringscriterium biedt twee methoden voor het filteren van processen. De ene methode filtert bestanden of opdrachtregels. De andere methode filtert gebruikers of groepen. Deze methoden worden in de volgende tabel beschreven.

Vergelijkingscriterium Omschrijving

Bestanden of opdrachtregels

U kunt gebruikmaken van filteren op bestanden of opdrachtregels om een of meer geregistreerde services, actieve processen of uitvoerbare bestanden van toepassingen te selecteren.

Met behulp van filteren op bestanden of opdrachtregels kunt u actieve processen filteren op elk gedeelte van het volledige opdrachtregelpad naar het uitvoerbare bestand van de toepassing, dat u hebt gebruikt om het proces te starten.

U kunt bijvoorbeeld op de volgende manier jokertekens gebruiken:

C:\Program Files\*

Dit voorbeeld filtert alle toepassingen die zijn gestart door een uitvoerbaar bestand van een toepassing die zich in de map C:\Program Files\ bevindt.

U kunt ook filteren op elk willekeurig gedeelte van de opdrachtregeltekenreeks die aan het proces wordt doorgegeven wanneer het proces wordt gestart.

U kunt bestandsfiltering gebruiken om alle processen te selecteren die worden gestart door het uitvoerbare bestand waarvan de bestandsnaam in de filtercriteria voorkomt. U kunt ook opdrachtregelfiltering gebruiken om alle processen te selecteren die de exacte tekenreeks bevatten uit het opdrachtregelpad. Tenzij u reguliere expressies of jokertekens gebruikt, wordt een proces alleen geselecteerd als het proces en het filtercriterium exact overeenkomen.

Als u bijvoorbeeld Help en ondersteuning start, is helpctr.exe een van de processen die hierdoor wordt gestart. Dit is de naam van het uitvoerbare bestand. De tekenreeks uit de opdrachtregel voor dit proces is:

C:\Windows\PCHealth\HelpCtr\Binaries\helpctr.exe -FromStartHelp

Als u dit proces wilt vergelijken, kunt u een vergelijkingscriterium voor bestanden maken met de tekenreeks helpctr.exe. Deze tekenreeks komt exact overeen met de naam van het uitvoerbare bestand van het proces, helpctr.exe. Als u echter een vergelijkingscriterium hebt gemaakt voor opdrachtregels, zoals C:\Windows\PCHealth\HelpCtr, komt dit niet overeen. Dit komt doordat voor het vergelijken van opdrachtregels een exacte overeenkomst vereist met de tekenreeks C:\Windows\PCHealth\HelpCtr\Binaries\helpctr.exe of een reguliere expressie of jokerteken, zoals C:\Windows\PCHealth\HelpCtr\*.

Gebruikers of groepen

Met filteren op gebruikers of groepen kunt u een gebruikersaccount of een groep gebruikers selecteren. Alle processen die door het gebruikersaccount of een lid van de groep worden gestart, worden dan geselecteerd.

Wanneer u gebruikers- of groepsfiltering gebruikt, worden alle processen geselecteerd die worden gestart door de opgegeven gebruiker of door een gebruikersaccount dat lid is van de opgegeven groep. Dit is een overeenkomst op grond van gelijkheid. Alleen die gebruikersaccounts of groepen die exact overeenkomen met de opgegeven gebruiker of groep, worden geselecteerd.

Als u gebruik maakt van groepsfiltering, worden de groepen met het gebruikersaccount dat het proces start, vergeleken met de groep die is opgegeven in het procesfilteringscriterium. Als er een overeenkomst van gelijkheid wordt gevonden, wordt het proces geselecteerd.

U kunt geen jokertekens of reguliere expressies gebruiken bij gebruikers- of groepsfiltering.

Opmerking

Wanneer u met de module Windows System Resource Manager procesfilteringscriteria maakt, worden tijdens het maken de opgegeven gebruikers- en groepsnamen gevalideerd. Geïmporteerde procesfilteringscriteria worden echter niet gevalideerd. Controleer, voordat u de geïmporteerde procesfilteringscriteria in een toewijzingsbeleid voor bronnen opneemt, of alle gebruikers- en groepsnamen in de procesfilteringscriteria bestaan op de computer waarop de criteria worden geïmporteerd.

Ingebouwde procesfilteringscriteria

Er zijn twee procesfilteringscriteria ingebouwd in Windows System Resource Manager:

  • Het procesfilteringscriterium Verschil selecteert alle processen die:

    • niet zijn opgenomen in de door de gebruiker gedefinieerde lijst met uitsluitingen

    • niet van beheer zijn uitgesloten door Windows System Resource Manager.

    • niet overeenkomen met een ander procesfilteringscriterium.

  • Het procesfilteringscriterium IISAppPool selecteert alle processen die deel uitmaken van een IIS-toepassingengroep (Internet Information Services).

Overwegingen bij het opstellen van procesfilteringscriteria

U voegt bepaalde processen, paden, gebruikers of groepen toe wanneer u een procesvergelijkingscriterium opstelt, of u sluit deze uit.

Een proces kan slechts overeenkomen met één procesvergelijkingscriterium.

Wanneer u een procesfilteringscriterium opstelt, moet u zich afvragen of alle processen van een toepassing bekend zijn of niet.

  • Wanneer alle processen bekend zijn: U kunt een toepassingsspecifiek procesvergelijkingscriterium opstellen dat alleen overeenkomt met de processen die deel uitmaken van de opgegeven toepassing.

  • Wanneer niet alle processen bekend zijn: U moet oppassen dat u geen overeenkomst krijgt met onverwachte processen wanneer u het vergelijkingscriterium opstelt. Aanbevolen wordt filtering toe te passen met gebruik van volledige opdrachtregelpaden. Als u filtert met behulp van opdrachtregelpaden, weet u zeker dat er alleen processen worden geselecteerd die worden gestart door het uitvoerbare bestand van de betreffende toepassing.

Er is een derde en nogal uitzonderlijk geval, waarmee rekening moet worden gehouden bij het opstellen van procesfilteringscriteria. Dit doet zich voor wanneer een toepassing processen start die dezelfde naam hebben. Zie Procesfilteringscriteria maken voor meer informatie.

Logica voor procesfilteringscriteria

U kunt meerdere filteringscriteria in één procesfilteringscriterium opstellen om het aantal processen dat wordt geselecteerd, te verhogen. Wanneer filteringscriteria ingewikkelder worden, kunt u opgeven dat er bepaalde processen niet moeten worden geselecteerd door een algemene regel. Als u een proces uit een selectie wilt verwijderen, kunt u uitsluitingsregels gebruiken.

Een procesvergelijkingscriterium moet ten minste een van de regels bevatten die worden beschreven in de volgende tabel onder 'Regelonderdeel'. Het gebruik van meerdere regels in één procesfilteringscriterium wordt ook ondersteund.

Regelonderdeel Opmerkingen

Toegevoegde bestanden of opdrachtregels

Het filteringscriterium wordt eerst vergeleken met het volledige opdrachtregelpad van alle beheerde processen. Alle processen die aan het criterium voldoen, worden gegroepeerd in de daaraan gekoppelde brontoewijzing.

Vervolgens wordt het filteringscriterium vergeleken met de bestandsnaam van alle resterende beheerde processen, en alle processen die overeenkomen, worden in de brontoewijzing opgenomen.

Als u bijvoorbeeld het vergelijkingscriterium *.exe opgeeft, worden alle actieve processen geselecteerd die niet op de door de gebruiker gedefinieerde uitsluitingslijst of de ingebouwde uitsluitingslijst voorkomen. Regels voor inclusiviteit worden altijd geëvalueerd vóór uitsluitingsregels om vast te stellen of er aan het filter wordt voldaan.

Uitgesloten bestanden of opdrachtregels

Alle processen die worden gestart door de toepassing en dit opdrachtregelpad of deze bestandsnaam als eigenschap hebben, worden niet geselecteerd in dezelfde volgorde als de inclusiviteitscriteria. Als u bijvoorbeeld het vergelijkingscriterium C:\Program Files* opgeeft, worden processen die deze tekenreeks in het volledige opdrachtregelpad hebben, uitgesloten uit de selectie.

Inclusieve gebruiker of groep

Alle processen die een inclusieve gebruiker of groep als eigenschap hebben, worden geselecteerd. Als u bijvoorbeeld de groep Users opgeeft, worden alle processen geselecteerd die door de gebruikers in de groep Users zijn gestart. Inclusiviteitsregels hebben voorrang boven uitsluitingsregels en ze worden altijd als eerste geëvalueerd om vast te stellen of er aan de criteria wordt voldaan.

Uitgesloten gebruiker of groep

Alle processen die een uitgesloten gebruiker of groep als eigenschap hebben, worden niet geselecteerd. Als u bijvoorbeeld de groep Administrators opgeeft, worden alle processen die door de gebruikers in de groep Administrators zijn gestart, uitgesloten van selectie.

Een procesvergelijkingscriterium dat te algemeen is, kan processen selecteren waarvan het niet de bedoeling is dat ze worden geselecteerd. Als u bijvoorbeeld c*.exe opgeeft, voldoen alle beheerde processen aan dit criterium als uw systeemvolume C is. Alle actieve processen hebben dan natuurlijk C in het opdrachtregelpad, zoals:

C:\Program Files\Internet Explorer\iexplore.exe

Maar als er op hetzelfde systeem geen volume M is, voldoet m*.exe aan een specifieke opdrachtregel omdat de tekenreeks m nergens voorkomt in de opdrachtregelpaden van beheerde processen.

Extra naslaginformatie


Inhoudsopgave