U kunt een certificaat exporteren als u een kopie ervan in een andere computer wilt importeren of op een veilige locatie wilt opslaan.

Als u certificaten exporteert voor import op een computer met Windows, is de PKCS #7 de gewenste exportindeling. Bij gebruik van deze indeling bij certificaten waar controlehandtekeningen aan handtekeningen zijn gekoppeld, blijft de keten van certificeringsinstanties of het certificeringspad bewaard.

Ook bij het exporteren van certificaten die vervolgens naar een computer met een ander besturingssysteem worden geïmporteerd, is het mogelijk dat PKCS #7 wordt ondersteund. Als dit niet het geval is, gebruikt u DER Encoded Binary of Base64. Deze indelingen worden ondersteund ten behoeve van de compatibiliteit.

Het minimale groepslidmaatschap dat vereist is om deze procedure uit te voeren, is de groep Gebruikers of de lokale groep Administrators. Bekijk de details onder 'Aanvullende overwegingen' in dit onderwerp.

Een certificaat exporteren
  1. Open de module Certificaten voor een gebruiker, computer of service.

  2. Klik op Certificaten in de consolestructuur onder het logische archief waarin zich het te exporteren certificaat bevindt.

  3. Klik in het detailvenster op het certificaat dat u wilt exporteren.

  4. Wijs in het menu Actie het vervolgmenu Alle taken aan en klik op Exporteren.

  5. Klik in de wizard Certificaat exporteren op Nee, de persoonlijke sleutel niet exporteren. (Deze optie wordt alleen weergegeven als de persoonlijke sleutel is gemarkeerd als exporteerbaar en u toegang hebt tot de persoonlijke sleutel.)

  6. De wizard Certificaat exporteren heeft de volgende gegevens nodig:

    • Klik op de bestandsindeling die u wilt gebruiken voor het geëxporteerde certificaat: een DER-versleuteld bestand, een Base64-versleuteld bestand of een PKCS #7-bestand.

    • Als u het certificaat naar een PKCS #7-bestand exporteert, kunt u meteen alle certificaten op het certificeringspad daarin opnemen.

  7. Typ desgevraagd bij Wachtwoord een wachtwoord voor het versleutelen van de persoonlijke sleutel die u wilt exporteren. Typ bij Bevestig het wachtwoord het wachtwoord opnieuw en klik op Volgende.

  8. Typ bij Bestandsnaam een bestandsnaam en -pad voor het PKCS nr. 7-bestand waarin het geëxporteerde certificaat en de persoonlijke sleutel worden opgeslagen. Klik op Volgende en vervolgens op Voltooien.

Aanvullende overwegingen

  • Gebruikerscertificaten kunnen worden beheerd door de gebruiker of door een beheerder. Certificaten die zijn verleend aan een computer of service, kunnen alleen worden beheerd door een beheerder of gebruiker met de juiste machtigingen.

  • Raadpleeg De module Certificaten toevoegen aan een MMC als u de module Certificaten wilt openen.

  • Nadat de wizard Certificaat exporteren is voltooid, bevindt het certificaat zich zowel in het certificaatarchief als in het nieuwe bestand. Als u het certificaat niet meer in het certificaatarchief wilt, moet u het verwijderen.


Inhoudsopgave