Met behulp van de wizard Een configuratie valideren kunt u tests uitvoeren om te bevestigen dat uw hardware en hardware-instellingen compatibel zijn met Failover Clustering. U kunt alle configuratietests uitvoeren, of een subset van de tests.

Het is raadzaam de tests op uw reeks servers en opslagapparaten uit te voeren voordat u ze als een failover-cluster configureert (een cluster maakt). U kunt de tests ook uitvoeren nadat u een cluster hebt gemaakt.

De functie Failover Clustering moet zijn geïnstalleerd op alle servers die u in de tests wilt opnemen.

Belangrijk

Microsoft biedt alleen ondersteuning voor failoverclusteroplossingen waarvan de volledige configuratie (servers, netwerk en opslag) voldoet aan alle tests van de wizard Een configuratie valideren. Bovendien moeten alle hardwareonderdelen in de oplossing zijn voorzien van de aanduiding 'Certified for Windows Server 2008 R2'.

De wizard Een configuratie valideren bestaat uit vijf typen tests:

  • Clusterconfiguratietests. Deze bieden een eenvoudige manier om de clusterinstellingen voor een bestaand cluster te controleren en te bepalen of deze goed zijn geconfigureerd. Deze tests kunnen alleen voor bestaande clusters worden uitgevoerd. Zie Clustervalidatietests: clusterconfiguratie voor meer informatie.

  • Inventarisatietests. Deze bieden een inventarisatie van de hardware, software en instellingen (zoals netwerkinstellingen) op de servers, en informatie over de opslag. Zie Clustervalidatietests: inventarisatie voor meer informatie.

  • Netwerktests. Deze tests valideren dat uw netwerken goed zijn ingesteld voor clustering. Zie Clustervalidatietests: netwerk voor meer informatie.

  • Opslagtests. Deze valideren dat de opslag waarvan het failover-cluster afhankelijk is, goed functioneert en de vereiste functies van het cluster ondersteunt. Zie Clustervalidatietests: opslag voor meer informatie.

  • Systeemconfiguratietests. Deze valideren dat de systeemsoftware- en configuratie-instellingen compatibel zijn met alle servers. Zie Clustervalidatietests: systeemconfiguratie voor meer informatie.

Het rapport van de wizard Een configuratie valideren bevat berichten over elke test. Hier volgen enkele van dergelijke berichten:

  • Het geteste item voldoet aan de vereisten voor een failover-cluster.

  • Het geteste item voldoet misschien aan de vereisten, maar er is een waarschuwing dat u iets moet controleren.

  • Het geteste item voldoet niet aan de vereisten.

  • De test kan niet worden uitgevoerd (als u bijvoorbeeld één knooppunt op zich test, kunnen bepaalde tests niet worden uitgevoerd).

Aanvullende naslaginformatie


Inhoudsopgave