U kunt met de boomstructuur door het navigatievenster van het Beheerderscentrum voor Active Directory bladeren (deze boomstructuur is gelijk aan de consolestructuur van Active Directory - gebruikers en computers), maar u kunt ook de eenvoudige lijstweergave gebruiken.
U kunt zowel met de structuurweergave als de eenvoudige lijstweergave het navigatievenster van het Beheerderscentrum voor Active Directory aanpassen door verschillende containers uit het lokale domein of een vreemd domein als afzonderlijke knooppunten aan het navigatievenster toe te voegen. (Een vreemd domein is een ander domein dan het lokale domein dat een vertrouwensrelatie met het lokale domein heeft.) Via een aangepast Beheerderscentrum voor Active Directory krijgt u sneller toegang tot Active Directory-objecten. Zie Verschillende domeinen beheren voor meer informatie.
U kunt het navigatievenster verder aanpassen door de namen van de handmatig aan het navigatievenster toegevoegde knooppunten te wijzigen of deze knooppunten te verwijderen, duplicaten van deze knooppunten te maken of die knooppunten hoger of lager in het navigatievenster te plaatsen.
Opmerking | |
Het standaard, lokale domeinknooppunt kan niet worden aangepast. |
Het navigatievenster van het Beheerderscentrum voor Active Directory aanpassen |
Klik in het navigatievenster van het Beheerderscentrum voor Active Directory met de rechtermuisknop op het knooppunt dat u wilt wijzigen. U kunt de positie of naam van het knooppunt wijzigen en u kunt een duplicaat van het knooppunt maken.
Selecteer een van de volgende opties:
- Naam wijzigen
- Dubbel knooppunt maken
- Verwijderen
- Omhoog
- Omlaag
- Naam wijzigen
Opmerking | |
Als u met de eenvoudige lijstweergave werkt, kunt u ook de MRU-lijst (Most Recently Used, Laatst gebruikt) gebruiken. De MRU-lijst wordt automatisch onder een navigatieknooppunt weergegeven wanneer u naar een container in dit navigatieknooppunt gaat. U kunt de huidige MRU-lijst ook bekijken door de breadcrumb-balk van het Beheerderscentrum voor Active Directory uit te vouwen. In deze lijst staan de laatste drie containers waarnaar u in een bepaald navigatieknooppunt bent gegaan. Wanneer u een container selecteert, wordt die container aan het begin van de MRU-lijst geplaatst en wordt de laatste container uit deze lijst verwijderd. |
De breadcrumb-balk van het Beheerderscentrum voor Active Directory gebruiken
U kunt via de breadcrumb-balk van het Beheerderscentrum voor Active Directory rechtstreeks naar een bepaalde container in een lokaal domein of een vertrouwd, vreemd domein gaan door te klikken op deze balk (waarmee de bewerkmodus voor die balk wordt geactiveerd) en vervolgens een van de volgende items op te geven:
- Een LDAP-pad (Lightweight Directory Access Protocol) voor de gewenste container, bijvoorbeeld LDAP://cn=Gebruikers,DC=contoso,DC=com
- Een DN-naam (distinguished name) voor de gewenste container, bijvoorbeeld, cn=Gebruikers,DC=contoso,DC=com
- Een hiërarchisch pad voor de gewenste container, bijvoorbeeld Active Directory Domain Services\contoso (lokaal)\Gebruikers
Opmerking | |
|