In dit dialoogvenster kunt u elementen voor een vergelijkingsregel maken of bewerken. Clientcertificaten kunnen identificatiegegevens bevatten, zoals namen van bedrijven, plaatsen of e-mailadressen, die zijn ingedeeld in groepen velden of subvelden. Deze identificatiegegevens kunnen door de webserver worden gebruikt om de identiteit van de gebruiker aan een Windows-gebruikersaccount toe te wijzen.

Met veldnamen worden algemene gegevenscategorieën aangegeven, zoals de certificaathouder en de uitgevende instantie. Als u meer informatie wilt over de velden en subvelden van een certificaat, raadpleegt u de documentatie van de certificeringsinstantie die het certificaat heeft uitgegeven.

Met subveldnamen worden gegevens aangegeven die specifiek zijn voor de algemene categorieën voor de certificaathouder en de uitgevende instantie. In het volgende overzicht vindt u een beschrijving van de basissubvelden in een certificaat.

(O) Organisatie

Bij voorkeur de ISO-geregistreerde (International Organization for Standardization) hoofdorganisatie of de naam van het bedrijf.

(OU) Organisatie-eenheid

Een afdeling binnen een bedrijf, bijvoorbeeld de afdeling Marketing.

(CN) Algemene naam

De domeinnaam van de server, bijvoorbeeld www.microsoft.com.

(C) Land/regio

De tweeletterige ISO-standaardcode voor het land of de regio, bijvoorbeeld: NL, US, FR of UK.

(S) Staat of provincie

De volledige, niet-afgekorte naam van de staat of provincie, bijvoorbeeld Noord-Holland in plaats van NH.

(L) Plaats

De volledige naam van de plaats waar het bedrijf is gevestigd, bijvoorbeeld Amsterdam.

U kunt verschillende niet-standaard subveldcategorieën opgeven, zoals u in het volgende overzicht kunt zien.

(I) Initialen

De initialen van de certificaathouder.

(GN) Voornaam

De voornaam van de certificaathouder.

(T) Functie

De functie van de certificaathouder.

(E-mail)

Het e-mailadres van de certificaathouder.

Neem contact op met de certificeringsinstantie voor de laatste informatie over subvelden.

Hoofdlettergevoelig

Schakel dit selectievakje in als u het regelelement hoofdlettergevoelig wilt maken in IIS.

Certificaatveld

Klik in de keuzelijst op een certificaatveldelement van een vergelijkingsregel. Voordat u andere elementen in dit dialoogvenster selecteert, moet u eerst dit element selecteren.

Subveld

Klik in de keuzelijst op een subelement van het certificaatveld voor een vergelijkingsregel. Als u een volledig lijst met geldige subvelden wilt weergeven, moet u eerst een element in de keuzelijst Certificaatveld selecteren.

Criteria

Geef de criteria op op basis waarvan de gegevens in de velden en subvelden worden vergeleken. Voor het subveld 'O' kunt u bijvoorbeeld het criterium 'Microsoft' opgeven, zodat duidelijk is welke organisatie op de vergelijkingsregel van toepassing is. U kunt het jokerteken (*) gebruiken om een gedeeltelijke tekst voor een criteria op te geven.

Verwante onderwerpen

Zie de onlinedocumentatie bij IIS 6.0 op Microsoft Windows Server TechCenter voor meer informatie over certificaattoewijzingen en certificaten.


Inhoudsopgave