In de dialoogvensters Groep van toepassingen toevoegen en Groep van toepassingen bewerken kunt u een groep van toepassingen maken of bewerken. Een groep van toepassingen is een groep van een of meer URL's die worden bediend door een werkproces of een set van werkprocessen. Groepen van toepassingen stellen grenzen in voor de toepassingen in die groep. Deze grenzen voorkomen dat toepassingen in de ene groep van toepassingen invloed hebben op toepassingen in een andere groep.

Lijst met elementen van de gebruikersinterface

ElementnaamBeschrijving

Naam

Typ hier een unieke beschrijvende naam voor uw groep van toepassingen. Met deze naam kunt u later de groep van toepassingen gemakkelijk identificeren en kunt u de toepassingen gemakkelijker toewijzen aan de groep met toepassingen.

Opmerking

U kunt de naam van een groep van toepassingen niet wijzigen in het dialoogvenster Groep van toepassingen bewerken. Als u de naam wilt wijzigen, gebruikt u de actie Naam wijzigen in het deelvenster Acties op de functiepagina Groepen van toepassingen.

.NET Framework-versie

Selecteer de versie van .NET Framework die door deze groep van toepassingen wordt geladen. Als de toepassingen die u aan deze groep van toepassingen wilt toewijzen geen beheerde code bevatten, selecteert u de optie Geen beheerde code in de lijst.

Een groep van toepassingen kan slechts één versie van het .NET Framework laden; alle toepassingen in de groep van toepassingen moeten dezelfde versie gebruiken.

Opmerking

Als u .NET Framework versie 1.1 selecteert, is de lijst Beheerde pipeline-modus uitgeschakeld. Als u IIS 7 bovendien gebruikt onder een 64-bits Windows-versie en .NET Framework versie 1.1 hebt geïnstalleerd, wordt de waarde niet weergegeven in de lijst .NET Framework-versie wanneer u een groep van toepassingen toevoegt of bewerkt. .NET Framework versie 1.1 wordt namelijk geïnstalleerd in de map Framework, terwijl IIS waarden leest uit de map Framework64 op een 64-bits Windows-versie. U moet het kenmerk managedRuntimeVersion instellen op v1.1 voor de groep van toepassingen in het configuratiebestand zelf of met behulp van een hulpprogramma, zoals Appcmd.exe.

Beheerde pipeline-modus

Selecteer een van de volgende waarden in de lijst om aan te geven hoe aanvragen voor beheerde inhoud door IIS worden verwerkt:

  • Geïntegreerd - IIS verwerkt aanvragen voor beheerde inhoud met de geïntegreerde aanvraagverwerkende pipeline voor IIS en ASP.NET.

  • Klassiek - IIS verwerkt aanvragen voor beheerde inhoud met de afzonderlijke aanvraagverwerkende pipelines voor IIS en ASP.NET. Gebruik deze modus alleen als de toepassingen in de groep van toepassingen niet kunnen worden uitgevoerd in de modus Geïntegreerd.

Groep van toepassingen onmiddellijk starten

Selecteer deze optie als u de groep van toepassingen wilt starten zodra de WAS-service (Windows Process Activation Service) wordt gestart. Als u automatisch opstarten uitschakelt, moet u de groep van toepassingen handmatig starten, want anders zullen aanvragen aan toepassingen in de groep van toepassingen de foutmelding HTTP 503 geven (Service niet beschikbaar).

Zie ook


Inhoudsopgave