Met de functie .NET-foutpagina's kunt u configureren welke HTTP-foutreacties worden gegeven wanneer er een fout optreedt. U kunt aangepaste foutpagina's of gedetailleerde foutberichten maken die informatie voor het oplossen van problemen bevatten.
Lijst met elementen van de gebruikersinterface
In de volgende tabellen worden de elementen van de gebruikersinterface beschreven die beschikbaar zijn op de functiepagina en in het deelvenster Acties.
Elementen op de functiepagina
Elementnaam | Beschrijving |
---|---|
Groeperen op |
In deze vervolgkeuzelijst kunt u uw foutpagina's sorteren op Geen groepering of Type vermelding. Zo kunt u bepaalde foutpagina's gemakkelijker vinden, zoals het vermeldingstype Lokaal. |
Statuscode |
Hiermee wordt de statuscode weergegeven voor de .NET-foutpagina. |
Omleiden |
Hiermee wordt het URL-adres weergegeven voor de .NET-foutpagina waarnaar de gebruiker wordt omgeleid wanneer er een fout optreedt. |
Type vermelding |
Hiermee wordt het type vermelding weergegeven voor de .NET-foutpagina. |
Elementen in het deelvenster Acties
Elementnaam | Beschrijving |
---|---|
Toevoegen |
Hiermee opent u het dialoogvenster Aangepaste foutpagina toevoegen waarmee u een foutpagina kunt configureren. Voer de statuscode en de URL in waarnaar de gebruiker wordt omgeleid wanneer er een fout optreedt. |
Bewerken |
Hiermee opent u het dialoogvenster Aangepaste foutpagina bewerken waarmee u een de URL voor de geselecteerde foutpagina kunt wijzigen. U kunt de statuscode wijzigen met de optie Statuscode wijzigen in het deelvenster Acties. |
Functie-instellingen bewerken |
Hiermee opent u het dialoogvenster Instellingen voor foutpagina's bewerken waarin u de modus en standaardpaginaeigenschappen kunt configureren voor alle foutpagina's. Zie Het dialoogvenster Instellingen voor ASP.NET-foutpagina's bewerken voor meer informatie. |
Statuscode wijzigen |
Hiermee kunt u de statuscode wijzigen voor de geselecteerde foutpagina. |
Verwijderen |
Hiermee verwijdert u de geselecteerde foutpagina. |