Met de functiepagina .NET-vertrouwensniveaus kunt u het vertrouwenselement in het bestand web.config instellen. Met het vertrouwenselement kunt u het niveau van de beveiliging op basis van codetoegangsrechten configureren dat wordt toegepast op een toepassing.

Lijst met elementen van de gebruikersinterface

In de volgende tabellen worden de elementen van de gebruikersinterface beschreven die beschikbaar zijn op de functiepagina en in het deelvenster Acties.

Elementen op de functiepagina

ElementnaamBeschrijving

Vertrouwensniveau

Hier wordt de naam van het vertrouwensniveau weergegeven. De mogelijke opties zijn:

  • Volledig (internal) - Hiermee geeft u onbeperkte rechten. Met deze optie verleent u de ASP.NET-toepassing rechten om toegang te krijgen tot elke bron die valt onder de beveiliging van het besturingssysteem. Alle bewerkingen met specifieke bevoegdheden worden ondersteund.

  • Hoog (web_hightrust.config) - hiermee geeft u een hoog niveau van beveiliging op basis van codetoegangsrechten op, wat inhoudt dat de toepassing standaard geen van de volgende dingen kan doen:

    • Onbeheerde code aanroepen.

    • Onderdelen in behandeling aanroepen.

    • Schrijven naar het gebeurtenislogboek.

    • MSMQ-servicewachtrijen (Message Queuing) openen.

    • ODBC-, OleDb- of Oracle-gegevensbronnen openen.

  • Gemiddeld (web_mediumtrust.config) - hiermee geeft u een gemiddeld niveau van beveiliging op basis van codetoegangsrechten op, wat inhoudt dat de ASP.NET-toepassing, naast de beperkingen die gelden voor het hoge vertrouwensniveau, standaard geen van de volgende dingen kan doen:

    • Bestanden buiten de toepassingsmap openen.

    • Toegang krijgen tot het register.

    • Netwerk- of webserviceaanroepen doen.

  • Laag (web_lowtrust.config) - hiermee geeft u een laag niveau van beveiliging op basis van codetoegangsrechten op, wat inhoudt dat de toepassing, naast de beperkingen die gelden voor het gemiddelde vertrouwensniveau, standaard geen van de volgende dingen kan doen:

    • Schrijven naar het bestandssysteem.

    • De methode Assert aanroepen.

  • Minimaal (web_minimaltrust.config) - hiermee geeft u een minimaal niveau van beveiliging op basis van codetoegangsrechten op, wat inhoudt dat de toepassing alleen uitvoeringsrechten heeft.

Elementen in het deelvenster Acties

ElementnaamBeschrijving

Toepassen

Hiermee worden de wijzigingen opgeslagen die u hebt aangebracht op de functiepagina.

Annuleren

Hiermee worden de wijzigingen geannuleerd die u hebt aangebracht op de functiepagina.

Zie ook


Inhoudsopgave