Problemen met Client voor NFS oplossen

Op sommige NFS-servers geldt het concept van poorten met bijzondere rechten (namelijk poorten met nummers lager dan 1024). Op deze servers worden clientverbindingen van poorten boven dat bereik niet toegestaan.

Meld u aan op computers waarop Client voor NFS wordt uitgevoerd, stel de volgende registersleutel in op 1 en start Client voor NFS opnieuw:

HKLM\Software\Microsoft\Client for NFS\CurrentVersion\default

DWORD “UseReservedPorts”

De service Client voor NFS is niet gestart, er kan geen verbinding worden gemaakt met Active Directory of de server voor Gebruikersnaamtoewijzing, of de service wordt uitgevoerd met referenties die onjuist zijn toegewezen.

In de MMC-module Services voor NFS kunt u ervoor zorgen dat de service wordt gestart door met de rechtermuisknop te klikken op Client voor NFS en vervolgens te klikken op Starten. Controleer in de console of de naam van het juiste Active Directory-domein of de juiste server voor Gebruikersnaamtoewijzing is opgegeven. Vraag aan de beheerder van Active Directory of de server voor Gebruikersnaamtoewijzing of uw Windows-gebruikersidentiteit correct is toegewezen aan uw UNIX-gebruikersidentiteit.

De service Client voor NFS wordt niet gestart.

Klik in Services voor NFS met de rechtermuisknop op Client voor NFS en klik vervolgens op Starten.

De map wordt niet gedeeld of de server kan de clientnaam niet omzetten.

Gebruik showmount –e server om de namen van gedeelde mappen op de server weer te geven. Als dit mislukt vanwege een time-out voor een RPC (Remote Procedure Call), moet u contact opnemen met de beheerder van de NFS-server om ervoor te zorgen dat de NFS- en poorttoewijzingsservices op de server worden gestart. Zorg er ook voor dat de NFS-server verbindingen van deze computer accepteert.

De poorttoewijzings- of NFS-services worden niet uitgevoerd op de server, of de prestatie-instellingen van Client voor NFS moeten worden aangepast.

Zorg ervoor dat de services worden gestart. Als de poorttoewijzings- en NFS-services op de server worden uitgevoerd, klikt u in Services voor NFS met de rechtermuisknop op Client voor NFS. Klik op Eigenschappen en verhoog het maximum aantal pogingen en het interval tussen pogingen.

Uw Windows-gebruikersidentiteit is niet correct toegewezen in Active Directory of Gebruikersnaamtoewijzing.

Controleer in de module Services voor NFS of de naam van het juiste Active Directory-domein of de juiste server voor Gebruikersnaamtoewijzing is opgegeven. Vraag aan de beheerder van Active Directory of Gebruikersnaamtoewijzing of uw Windows-gebruikersidentiteit correct is toegewezen aan uw UNIX-gebruikersidentiteit.

Services voor NFS heeft geen Active Directory-domeinnaam of een server voor Gebruikersnaamtoewijzing aangewezen voor gebruik.

Geef het juiste Active Directory-domein of de juiste server voor Gebruikersnaamtoewijzing op. Zie Opgeven hoe Client voor NFS identiteitsgegevens in UNIX-stijl verkrijgt voor meer informatie.

Services voor NFS heeft geen Active Directory-domeinnaam of een server voor Gebruikersnaamtoewijzing aangewezen voor gebruik.

Geef het juiste Active Directory-domein of de juiste server voor Gebruikersnaamtoewijzing op. Zie Opgeven hoe Client voor NFS identiteitsgegevens in UNIX-stijl verkrijgt voor meer informatie.

U kunt met Client voor NFS alleen toegang krijgen tot een meerdelige export (bijvoorbeeld server:/d1/d2/d3) wanneer de gedeelde bron wordt gekoppeld aan een stationsletter.

Koppel de meerdelige export aan een stationsletter:

mount server:/d1/d2/d3 *

Wanneer een hoofdmap (/) op een UNIX-computer wordt gedeeld, kunt u deze in Client voor NFS niet koppelen door de standaardpadsyntaxis (net use * \\server\ of net use server:/) te gebruiken.

Als u de hoofdmap wilt koppelen, moet u deze opdracht typen:

net use * \\server\!

De naam van de share moet een uitroepteken (!) zijn.

De NFS-server reageert niet of de prestatieopties van Client voor NFS worden niet goed aangepast.

Gebruik de opdracht showmount –e server om te bepalen of de NFS-server correct functioneert.

U probeert toegang te krijgen tot een computer in een domein dat niet wordt vertrouwd en Client voor NFS is niet gestart op uw computer of de gedeelde bron is niet beschikbaar op de NFS-server.

Klik in de module Services voor NFS met de rechtermuisknop op Client voor NFS en klik vervolgens op Starten. Gebruik achter een opdrachtprompt showmount –e server om de namen van gedeelde mappen op de server weer te geven. Als dit mislukt vanwege een time-out voor een RPC, moet u contact opnemen met de beheerder van de NFS-server om ervoor te zorgen dat de NFS- en poorttoewijzingsservices op de server worden gestart en dat de gedeelde bron beschikbaar is.

Dat hoort zo. Nieuwe standaardmachtigingen worden alleen toegepast op nieuwe koppelingen.

Ontkoppel de gedeelde map en koppel deze vervolgens opnieuw.

U hebt de opdracht net use gebruikt om de map te koppelen.

Gebruik de opdracht mount om de map te koppelen.

Services voor NFS is niet geconfigureerd om identiteitsgegevens in UNIX-stijl op te halen uit Active Directory of Gebruikersnaamtoewijzing.

Klik in de MMC-console Services voor NFS met de rechtermuisknop op Services voor NFS, klik op Eigenschappen en controleer of de juiste Active Directory-domeinnaam of servernaam voor Gebruikersnaamtoewijzing is ingesteld.

Als u Gebruikersnaamtoewijzing gebruikt, controleert u of in het bestand .maphosts op de computer waarop Gebruikersnaamtoewijzing wordt uitgevoerd, de naam of het IP-adres van deze computer wordt opgegeven.