Nadat u de installatie van Windows Server® 2008 R2 hebt voltooid en voordat u de nieuwe server implementeert binnen de onderneming, moet u enige configuratie uitvoeren om de computer te identificeren bij de andere computerbronnen in het netwerk, om de computer te beveiligen, om beheerders in staat te stellen om taken uit te voeren op de computer en om de computer aan te passen via het toevoegen van serverfuncties en -onderdelen.

U kunt deze taken uitvoeren met de opdrachten in het venster Eerste configuratietaken, dat onmiddellijk wordt geopend nadat de installatie van het besturingssysteem is voltooid.

Het venster Eerste configuratietaken wordt telkens bij het opstarten geopend, tenzij u het selectievakje Dit venster niet weergeven bij het aanmelden inschakelt.

In deze sectie