U kunt met Schijfbeheer een pad naar een koppelpuntmap (in plaats van een schijfletter) toekennen aan de schijf. Paden voor koppelpuntmappen zijn alleen beschikbaar voor lege mappen in NTFS-standaardvolumes en dynamische NTFS-volumes.

U moet hiervoor minimaal lid zijn van de groep Back-upoperators of Administrators.

Een pad naar een koppelpuntmap toekennen aan een station

Een pad naar een koppelpuntmap toekennen aan een station met de Windows-interface

  1. Klik in Schijfbeheer met de rechtermuisknop op de partitie of het volume waaraan u het pad naar de koppelpuntmap wilt toekennen en klik vervolgens op Stationsletter en paden wijzigen.

  2. Ga op een van de volgende manieren te werk:

    • Als u een pad naar een koppelpuntmap wilt toekennen, klikt u op Toevoegen. Klik op Dit volume aan een lege NTFS-map koppelen, typ het pad naar een lege map in een NTFS-volume of klik op Bladeren om naar de map te bladeren.

    • Als u een pad naar een koppelpuntmap wilt verwijderen, klikt u eerst op het pad en daarna op Verwijderen.

Aanvullende overwegingen

  • Als u beheerder bent van een lokale of een externe computer, kunt u bladeren in NTFS-mappen op die computer.

  • Gebruik bij het toekennen van een pad naar een koppelpuntmap aan een station het hulpprogramma Logboeken om het systeemlogboek te controleren op eventuele fouten van de Cluster-service of waarschuwingen die wijzen op defecte koppelpunten. Deze fouten worden vermeld als ClusSvc in de kolom Bron en als Fysieke schijfbron in de kolom Categorie.

Een pad naar een koppelpuntmap toekennen aan een station via een opdrachtregel

  1. Open een opdrachtprompt en typ diskpart.

  2. Typ list volume achter de DISKPART-prompt. Noteer het nummer van het volume waaraan u het pad op een andere plaats wilt koppelen.

  3. Typ select volume <volumenumber> achter de DISKPART-prompt. Selecteer het eenvoudige volume volumenumber waaraan u het pad wilt toewijzen.

  4. Typ assign [mount=<path>] achter de DISKPART-prompt.

Waarde Beschrijving

list volume

Hiermee geeft u een lijst weer met standaardvolumes en dynamische volumes op alle schijven.

select volume

Hiermee wordt het opgegeven volume geselecteerd en in focus gebracht, waarbij volumenumber het volumenummer is. Als u geen volume hebt opgegeven, geeft u met de opdracht select het huidige volume met de focus weer. U kunt het volume opgeven met een getal, de stationsletter of het pad naar de koppelpuntmap. Als u op een standaardschijf een volume selecteert, krijgt de bijbehorende partitie de focus.

assign

Hiermee wijst u een stationsletter of het pad naar een koppelpunt toe aan het volume met focus. Als u geen stationsletter of pad naar een koppelpuntmap opgeeft, wordt de volgende beschikbare stationsletter toegewezen. Als de stationsletter of het pad naar de koppelpuntmap al in gebruik is, wordt er een foutbericht gegenereerd.

Met de opdracht assign kunt u de stationsletter van een verwisselbaar station wijzigen.

U kunt geen stationsletters toewijzen aan opstartvolumes of volumes met het wisselbestand. U kunt ook geen stationsletters toewijzen aan OEM-partities (Original Equipment Manufacturer), EFI-systeempartities of andere GPT-partities dan standaardgegevenspartities.

mount=path

Hiermee wordt een lege, bestaande NTFS-map voor het gekoppelde station opgegeven.

Verdere overwegingen

  • Paden voor koppelpuntmappen zijn alleen beschikbaar voor lege mappen in NTFS-standaardvolumes en dynamische NTFS-volumes.

  • Wanneer u een pad naar een koppelpuntmap wilt wijzigen, verwijdert u het en maakt u een nieuw pad aan de hand van de nieuwe locatie. U kunt het pad naar de koppelpuntmap niet rechtstreeks wijzigen.

  • Gebruik bij het toekennen van een pad naar een koppelpuntmap aan een station het hulpprogramma Logboeken om het systeemlogboek te controleren op eventuele fouten van de Cluster-service of waarschuwingen die wijzen op foute paden naar koppelpuntmappen. Deze fouten worden vermeld als ClusSvc in de kolom Bron en als Fysieke schijfbron in de kolom Categorie.

  • U kunt ook een gekoppeld station maken met de opdracht mountvol. Zie https://go.microsoft.com/fwlink/?linkid=64111 voor meer informatie.

Aanvullende naslaginformatie

Inhoudsopgave