In deze procedure wordt beschreven hoe u met de console Groepsbeleidsbeheer verbindingen via RD-gateway inschakelt. Als deze beleidsinstelling is ingeschakeld, kan door Extern bureaublad-servicesclients bij het mislukken van directe verbindingen met interne netwerkbronnen (computers) worden geprobeerd om een verbinding met de desbetreffende computer tot stand te brengen via de RD-gatewayserver die is opgegeven in de beleidsinstelling Adres van Extern bureaublad-gatewayserver instellen.

Opmerking

U moet de console Groepsbeleidsbeheer eerst toevoegen om het groepsbeleid op een Windows Server 2008 R2-domeincontroller te kunnen beheren. U doet dit door Serverbeheer te starten en vervolgens onder Onderdelenoverzicht op Onderdelen toevoegen te klikken. Schakel op de pagina Onderdelen selecteren het selectievakje Groepsbeleidsbeheer in. Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.

Als u de groepsbeleidsinstellingen voor een domein of organisatie-eenheid wilt wijzigen, moet u zijn aangemeld als lid van de groep Domeinadministrators, Ondernemingsadministrators of Maker Eigenaar Groepsbeleid of moet het beheer van het groepsbeleid aan u zijn overgedragen.

Verbindingen via Extern bureaublad-gateway inschakelen

  1. Start de console Groepsbeleidsbeheer. Hiertoe klikt u op Start, wijst u Systeembeheer aan en klikt u op Groepsbeleidsbeheer.

  2. Ga in het linkerdeelvenster naar de organisatie-eenheid die u wilt bewerken.

    • Als u een bestaand groepsbeleidsobject voor de organisatie-eenheid wilt wijzigen, vouwt u de organisatie-eenheid uit en klikt u op het gewenste groepsbeleidsobject.

    • Als u een nieuw groepsbeleidsobject wilt maken, voert u de volgende stappen uit:

      1. Klik met de rechtermuisknop op de organisatie-eenheid en klik vervolgens op Groepsbeleidsobject in dit domein maken en hier een koppeling maken.

      2. Voer in het vak Naam een naam voor het groepsbeleidsobject in en klik vervolgens op OK.

      3. Ga in het linkerdeelvenster naar het nieuwe groepsbeleidsobject en klik erop.

  3. Klik in het rechterdeelvenster op het tabblad Instellingen.

  4. Klik met de rechtermuisknop op Gebruikersconfiguratie en klik op Bewerken.

  5. Vouw in het linkerdeelvenster onder Gebruikersconfiguratie achtereenvolgens de knooppunten Beheersjablonen, Windows-onderdelen en Extern bureaublad-services uit en klik vervolgens op RD-gateway.

  6. Klik in het rechterdeelvenster in de instellingenlijst met de rechtermuisknop op Verbinding inschakelen via Extern bureaublad-gateway en klik vervolgens op Bewerken.

  7. Ga op een van de volgende manieren te werk op het tabblad Instellingen:

    • Klik op Niet geconfigureerd. Het RD-gatewayserveradres dat in de beleidsinstelling Adres voor Extern bureaublad-gatewayserver instellen is opgegeven wordt niet door Extern bureaublad-servicesclients gebruikt. Als een RD-gatewayserver door de gebruiker is opgegeven, wordt een verbindingspoging van een client via deze RD-gatewayserver ondernomen.

    • Klik op Ingeschakeld. Wanneer Extern bureaublad-servicesclients niet rechtstreeks verbinding kunnen maken met een interne netwerkbron, wordt geprobeerd een verbinding met de interne netwerkbron tot stand te brengen via de RD-gatewayserver die in de beleidsinstelling Adres van Extern bureaublad-gatewayserver instellen is opgegeven.

    • Klik op Uitgeschakeld. Het RD-gatewayserveradres dat in de beleidsinstelling Adres voor Extern bureaublad-gatewayserver instellen is opgegeven wordt niet door Extern bureaublad-servicesclients gebruikt. Als een RD-gatewayserver door de gebruiker is opgegeven, wordt een verbindingspoging van een client via deze RD-gatewayserver ondernomen.

  8. Klik op OK.

    9. Opmerking

    Als u instellingen van RD-gateway met het lokale computerbeleid wilt configureren, gebruikt u de editor voor lokaal groepsbeleid. Als u de editor voor lokaal groepsbeleid wilt openen, klikt u op Start, klikt u op Uitvoeren, voert u gpedit.msc in en klikt u op OK. U kunt alleen instellingen voor lokaal groepsbeleid configureren als u lid bent van de groep Administrators op de lokale computer of als aan u de juiste bevoegdheid is overgedragen.

    Aanvullende naslaginformatie

Inhoudsopgave