Voer de volgende procedure uit om clusterparameters voor netwerktaakverdeling te configureren. U hoeft deze procedure slechts op één host uit te voeren. Alle andere hosts nemen dan automatisch de clusterconfiguratie over van de geconfigureerde host. De parameters die u instelt in het dialoogvenster Eigenschappen worden vastgelegd in het register van elke host.
U kunt de taak die in deze procedure wordt beschreven, ook uitvoeren met Windows PowerShell. Zie
U kunt Beheer van netwerktaakverdeling alleen gebruiken als u lid bent van de groep Administrators op de host die u configureert of als de benodigde bevoegdheid aan u is overgedragen. Als u Beheer van netwerktaakverdeling gebruikt om een cluster of host te configureren vanaf een computer die niet tot het cluster behoort, hoeft u geen lid te zijn van de groep Administrators op die computer.
Klik met de rechtermuisknop op het cluster en klik op Vernieuwen. Zo ziet u in Beheer van netwerktaakverdeling altijd de laatste gegevens. Deze stap is noodzakelijk omdat de hosteigenschappen die in Beheer van netwerktaakverdeling worden weergegeven, slechts een kopie zijn van de eigenschappen die zijn geconfigureerd tijdens de laatste verbinding met die host. Wanneer u op Vernieuwen klikt, wordt Beheer van netwerktaakverdeling opnieuw met het cluster verbonden en ziet u de bijgewerkte gegevens.
Clusterparameters voor netwerktaakverdeling configureren |
U opent Beheer van netwerktaakverdeling door te klikken op Start, Systeembeheer en Beheer van netwerktaakverdeling. U kunt Beheer van netwerktaakverdeling ook openen door Nlbmgr te typen bij een opdrachtprompt.
Als het cluster niet wordt vermeld in Beheer van netwerktaakverdeling, maakt u verbinding met het cluster.
Klik met de rechtermuisknop op het cluster en klik vervolgens op Eigenschappen van cluster.
Geef op het tabblad Clusterparameters waarden op voor IP-adres, Subnetmasker, Volledige Internet-naam en Werkingsmodus van cluster.
Opmerking | |
Wijzigingen aan netwerktaakverdelingsparameters worden doorgevoerd wanneer u op OK in het dialoogvenster Eigenschappen klikt. Door op OK te klikken, wordt netwerktaakverdeling gestopt (als de toepassing actief is), worden de parameters opnieuw geladen en wordt verdergegaan met clusterbewerkingen. |