De pagina Rollen in Serverbeheer

De pagina Rollen van de console van Serverbeheer bevat een sectie Roloverzicht gevolgd door uitvouwbare secties voor elke rol die op de computer is geïnstalleerd.

Sectie Roloverzicht

In de sectie Roloverzicht vindt u alle rollen die op de computer geïnstalleerd zijn in alfabetische volgorde. Aan de linkerkant van elke rol ziet u een pictogram met de huidige, algemene gebruiksstatus van de rol.

Als u de op de naam van een rol klikt in de sectie Roloverzicht wordt de startpagina van de betreffende rol geopend.

Rolspecifieke secties

Rolspecifieke secties van de pagina Rollen kunnen de volgende subsecties bevatten.

Naam van subsectie Beschrijving

Rolstatus

In de subsectie Functiestatus wordt weergegeven of er recente fout- en gebeurtenisberichten zijn vastgelegd voor de functie of voor services waarvan de functie afhankelijk is. Als u op een koppeling klikt in Rolstatus wordt de rolspecifieke startpagina geopend.

Rolservices

In de subsectie Rolservices ziet u alle beschikbare rolservices, kunt u een korte beschrijving van elke rolservice lezen en wordt weergegeven welke rolservices op deze server geïnstalleerd zijn. U kunt de opdrachten in de rechtermarge van de subsectie Functieservices gebruiken om functieservices toe te voegen of te verwijderen.

Rolspecifieke startpagina's

Op de functiespecifieke startpagina's vindt u uitgebreide en gedetailleerde informatie over de operationele status van een functie. Hier kunt u ook de functiespecifieke beheertaken starten vanuit Serverbeheer.

Rolspecifieke startpagina's bevatten de volgende secties.

Sectie Samenvatting

De sectie Samenvatting van de startpagina van een rol kan de volgende subsecties bevatten.

Naam van sectie Beschrijving

Gebeurtenissen

In de sectie Gebeurtenissen ziet u de gebeurtenis- en foutberichten die voor de functie zijn vastgelegd in de afgelopen 24 uur. U kunt gebeurtenisberichten in deze sectie openen, bekijken en filteren zonder Logboeken apart te openen. U kunt echter ook de opdracht Ga naar Logboeken in de rechtermarge van deze sectie gebruiken om, indien nodig, Logboeken te openen.

Systeemservices

In de sectie Systeemservices vindt u de systeemservices waarvan de rol voor uitvoering afhankelijk is. U ziet hier tevens de status en een beschrijving van elke service. Met de opdrachten in de sectie Systeemservices kunt u de module Services openen en services stoppen en opnieuw starten.

Analysefunctie voor aanbevolen procedures (Best Practices Analyzer, BPA)

Met Analysefunctie voor aanbevolen procedures (BPA) kunnen administrators serverfuncties beheren volgens de richtlijnen voor aanbevolen procedures doordat ze een of meer functies kunnen scannen die zijn geïnstalleerd op Windows Server® 2008 R2 om te controleren of de functies aan de richtlijnen voldoen en om gedetailleerde resultaten en probleemoplossingsinformatie weer te geven. Zie Analysefunctie voor aanbevolen procedures (Best Practices Analyzer, BPA) voor meer informatie over Analysefunctie voor aanbevolen procedures.

Functieservices

In de sectie Rolservices ziet u alle beschikbare rolservices, kunt u een korte beschrijving van elke rolservice lezen en wordt weergegeven welke rolservices op deze server geïnstalleerd zijn. U kunt de opdrachten in de rechtermarge van de subsectie Role Services gebruiken om functieservices toe te voegen of te verwijderen.

Het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren

Met de opdracht Gebeurtenissen filteren in de marge van de sectie Gebeurtenissen opent u het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren. Hoewel u gebeurtenissen op dezelfde manier kunt filteren met het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren als met de filterhulpmiddelen in Logboeken, is dit dialoogvenster alleen beschikbaar in de functiespecifieke startpagina's van Serverbeheer. De filters van Logboeken bieden meer filteropties en criteria. Het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren in Serverbeheer biedt een subset van de filterfunctionaliteit van Logboeken.

Met het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren kunt u geselecteerde gebeurtenissen weergeven in de sectie Gebeurtenissen van de startpagina van een functie op basis van de volgende drie gebeurteniseigenschappen.

  • Niveaus   Gebeurtenissen worden van de volgende niveaus voorzien, afhankelijk van de ernst van de actie of voorwaarde die het gebeurtenisbericht heeft veroorzaakt. Als alle niveaus worden geselecteerd, worden gebeurtenissen van alle niveaus weergegeven in de sectie Gebeurtenissen van de startpagina van de rol. Alle niveaus zijn standaard geselecteerd, zodat alle niveaus aan gebeurtenissen zichtbaar zijn in het gebied Gebeurtenissen.

    • Informatie. Duidt aan dat een wijziging is opgetreden in een toepassing of onderdeel, zoals wanneer een bewerking is voltooid, een bron is gemaakt of een service is gestart.

    • Waarschuwing. Duidt aan dat een probleem is opgetreden dat van invloed kan zijn op de service of kan leiden tot een ernstiger probleem als geen actie wordt ondernomen.

    • Fout. Geeft aan dat zich een probleem heeft voorgedaan dat gevolgen kan hebben voor functionaliteit buiten de toepassing of het onderdeel waarvoor de gebeurtenis is opgetreden.

    • Kritiek. Duidt aan dat een fout is opgetreden die niet automatisch door de toepassing of het onderdeel dat de gebeurtenis heeft veroorzaakt kan worden hersteld.

    Als u het niveau Uitgebreid selecteert, ontvangt u de maximale hoeveelheid gegevens in gebeurtenisberichten.

  • Gebeurtenis-id's   U kunt gebeurtenissen filteren op id's die door komma's van elkaar zijn gescheiden of een reeks getallen die via een koppelstreepje van elkaar zijn gescheiden. Als u een getal uit een reeks wilt uitsluiten, voert u een koppelstreepje of een minteken in (-) vóór het getal dat u wilt uitsluiten.

    Opmerking

    Als u de eigenschap Niveaus gebruikt, worden de andere eigenschappen van het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren genegeerd. Als u bijvoorbeeld gebeurtenissen wilt filteren voor een gebeurtenis op het niveau Fout met gebeurtenis-id 620, maar het niveau Fout niet is geselecteerd in het gebied Niveaus, wordt gebeurtenis-id 620 niet weergegeven. En als u een filter hebt toegepast waarin u gebeurtenissen op het niveau Informatie hebt geselecteerd en u vervolgens een periode van 12 uur hebt geselecteerd, maar er geen gebeurtenissen op het niveau Informatie voor de rol zijn geregistreerd in de afgelopen 12 uur, worden er in de lijst Gebeurtenissen evenmin gebeurtenissen weergegeven.

  • Tijdsduur   Met deze eigenschap filtert u op eigenschappen die tijdens de meest recent verlopen periode hebben plaatsgevonden. De tijdsduur is standaard ingesteld op 24 uur.

Als u een van de standaardinstellingen in het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren wijzigt en vervolgens op OK klikt, wordt in het gebied Gebeurtenissen het bericht Filteren is ingeschakeld weergegeven onder in de lijst met gebeurtenissen. Als u de standaardinstellingen in het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren herstelt (alle niveaus geselecteerd, geen gebeurtenis-id's opgegeven, een tijdsduur van 24 uur geselecteerd), wordt het bericht Filteren is ingeschakeld gewist, waarmee het filteren wordt uitgeschakeld.

Voorkeuren voor Systeemservices

Net als het dialoogvenster Gebeurtenissen filteren bevat het dialoogvenster Voorkeuren van Systeemservices in Serverbeheer een subset van de informatie en instellingen die beschikbaar zijn in het dialoogvenster Eigenschappen dat kan worden geopend vanuit de module Services. Net als voor het gebruik van het dialoogvenster Eigenschappen voor specifieke services in de module Services, kunt u de opdrachten in de marge van het gebied Systeemservices gebruiken om services die zijn gekoppeld aan het gebruik van een functie te starten, stoppen, pauzeren en opnieuw te starten.

Met de Serverbeheer-implementatie van het dialoogvenster Voorkeuren van Services, kunt u op de startpagina van de rol de status van services bewaken die voor een rol zijn vereist. Aan het gebruik van de rol gekoppelde services worden weergegeven in het dialoogvenster Voorkeuren en u kunt de bewaking voor elke service afzonderlijk in- en uitschakelen.

Belangrijk

In het dialoogvenster Voorkeuren zijn standaardsysteemservices ingeschakeld voor bewaking voor een optimale continuïteit in het uitvoeren van de rol. Als u de standaardinstellingen voor bewaking wijzigt, vooral het uitschakelen van de bewaking van services die standaard worden gecontroleerd, kan dat leiden tot foutvoorwaarden of statuswijzigingen in het gebruik van de rol.

Sectie Bronnen en ondersteuning

In de sectie Bronnen en ondersteuning vindt u richtlijnen voor het beheer van de rol en het configureren van de rol voor het uitvoeren van algemene en aanbevolen taken binnen de onderneming.

In de sectie Bronnen en ondersteuning vindt u aanbevolen configuraties voor de rol. Als u een configuratie selecteert, vindt u een beschrijving ervan, waaronder een koppeling naar een onderwerp met een controlelijst, die u begeleidt bij het uitvoeren van taken die moeten worden uitgevoerd voor het voltooien van de configuratie.

U kunt meer hulp krijgen bij het beheren en implementeren van aanvullende aspecten van de functie door op de koppelingen te klikken in de marge van de sectie Bronnen en ondersteuning waarop u wordt doorgestuurd naar de Help-informatie en de website voor het TechCenter van Windows Server 2008 R2 voor de betreffende functie.