Met het AutoAdd-beleid wordt aangegeven dat goedkeuring van een beheerder nodig is voordat op onbekende computers (computers waarvoor geen installatie is voorbereid in Active Directory Domain Services (AD DS)) een besturingssysteem kan worden geïnstalleerd. Wanneer u dit beleid inschakelt, worden de clients waarvoor op goedkeuring wordt gewacht, in het knooppunt Apparaten in behandeling van de MMC-module weergegeven. Als u de computer met de status 'in behandeling' goedkeurt, wordt deze via het netwerk wordt opgestart en wordt in AD DS een computeraccountobject gemaakt waarmee de fysieke computer wordt aangegeven. Dit is nuttig omdat u de computer kunt voorbereiden voor installatie zonder dat u de GUID of het MAC-adres van de clientcomputer van tevoren hoeft te weten. U kunt de computer ook weigeren, waarna het opstarten via het netwerk wordt gestopt en de computer wordt opgestart met het volgende item in de opstartvolgorde. Hierbij wordt geen computeraccount gemaakt.
Met Windows Deployment Services wordt geen computeraccount gemaakt voor onbekende clients die voor de eerste keer via PXE worden opgestart als u het AutoAdd-beleid niet inschakelt. Er wordt echter een account als onderdeel van de installatie gemaakt als de server is geconfigureerd voor het toevoegen van clients aan het domein. U kunt deze instelling configureren door met de rechtermuisknop op de server te klikken en vervolgens Eigenschappen te kiezen. Ga naar de sectie Clients lid maken van een domein op het tabblad Client.
Zie De installatie voor clientcomputers voorbereiden (
Het AutoAdd-beleid configureren |
Klik met de rechtermuisknop op de server en kies Eigenschappen.
Klik op het tabblad PXE-antwoord op Reageren op alle (bekende en onbekende) clientcomputers en selecteer de optie De administrator om goedkeuring vragen bij onbekende clients.
U kunt de verklaring wijzigen die tijdens het wachten op goedkeuring op de clientcomputers wordt weergegeven door
WDSUTIL /Set-Server /AutoAddPolicy /Message:<message>
uit te voeren.Configureer de instellingen voor onbekende clients. Zie de sectie 'Instellingen opgeven voor computers in behandeling' in Clientcomputers beheren (
https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=115265 (de pagina is mogelijk Engelstalig) ) voor een overzicht van de procedures.Wanneer een onbekende computer opstart vanaf de server, wordt de computer weergegeven in het knooppunt Apparaten in behandeling van de MMC-module. Zie de sectie 'Computers in behandeling goedkeuren en weigeren' in Clientcomputers beheren (
https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=115265 (de pagina is mogelijk Engelstalig) ) voor een overzicht van de acties die u op dat moment kunt uitvoeren.