Alle triggers en regels voor triggers die zijn gemaakt op de lokale computer, worden weergegeven in het detailvenster van Computerbeheer wanneer u de desbetreffende map in de consolestructuur selecteert.

Eigenschappen van triggers en regels voor triggers weergeven of wijzigen

Eigenschappen van een trigger en regels voor een trigger weergeven of wijzigen
  1. Open Computerbeheer.

  2. Klik in de consolestructuur op Triggers of Regels.

    Waar

    • Computerbeheer/Services en toepassingen/Message Queuing/Triggers/Triggers (of Regels)

  3. Klik in het detailvenster met de rechtermuisknop op de desbetreffende trigger of regel en klik vervolgens op Eigenschappen.

  4. In het dialoogvenster Eigenschappen voor <triggernaam> of Eigenschappen voor <regelnaam> kunt u de gewenste eigenschappen bekijken of wijzigen. U kunt trigger- of regelnamen niet wijzigen.

Aanvullende overwegingen

  • Als u Computerbeheer wilt openen in Windows® 7, klikt u op Start, klikt u met de rechtermuisknop op Computer en klikt u vervolgens op Beheren.

  • Als u Computerbeheer wilt openen in Windows Server® 2008 R2, klikt u achtereenvolgens op Start, Alle programma's, Systeembeheer en Computerbeheer.

  • U kunt de gecontroleerde wachtrij van een bestaande trigger niet wijzigen.

Aanvullende naslaginformatie


Inhoudsopgave