Gebruik deze procedure om een Message Queuing-server te installeren op een computer waarop Windows® 7 of Windows Server® 2008 R2 wordt uitgevoerd. Een Message Queuing-server kan de volgende acties uitvoeren:

  • De Message Queuing-service uitvoeren

  • Wachtrijen hosten

  • Berichten verzenden en ontvangen

  • Functioneren terwijl er geen verbinding met het netwerk is

Lidmaatschap van de lokale groep Administrators of een gelijkwaardige groep is de minimale vereiste om deze procedure te kunnen voltooien.

Message Queuing installeren in Windows 7

Message Queuing installeren in Windows 7

  1. Open het Configuratiescherm.

  2. Klik op Programma's en klik vervolgens op Windows-onderdelen in- of uitschakelen onder Programma's en onderdelen.

    - of -

    Klik op Klassieke weergave, dubbelklik op Programma's en onderdelen en klik in het taakvenster op Windows-onderdelen in- of uitschakelen.

  3. Vouw Microsoft Message Queue (MSMQ) Server uit, vouw Microsoft Message Queue (MSMQ) Server-basis uit en schakel vervolgens de selectievakjes in voor de Message Queuing-onderdelen die u wilt installeren.

  4. Klik op OK.

  5. Als u gevraagd wordt de computer opnieuw op te starten, klikt u op OK om de installatie te voltooien.

Message Queuing installeren in Windows Server 2008 R2

Message Queuing installeren in Windows Server 2008 R2

  1. Klik op Start, wijs Alle programma's en Systeembeheer aan en klik vervolgens op Serverbeheer om Serverbeheer weer te geven.

  2. Klik op Onderdelen toevoegen om de wizard Onderdelen toevoegen te starten.

  3. Vouw MSMQ uit, vouw MSMQ Services uit en schakel vervolgens de selectievakjes in voor de Message Queuing-onderdelen die u wilt installeren.

  4. Klik op Volgende en daarna op Installeren.

  5. Als u gevraagd wordt de computer opnieuw op te starten, klikt u op OK om de installatie te voltooien.

Machtigingen instellen in Active Directory Domain Services voordat u de Routeringsservice of de Active Directory-integratiefuncties van Message Queuing installeert

Voor de installatie van de functie Routeringsservice op een Windows Server 2008 R2-computer die geen domeincontroller is, of van de functie Active Directory-integratie van Message Queuing op een Windows Server 2008 R2-computer die wel een domeincontroller is, is de instelling van specifieke machtigingen in Active Directory Domain Services nodig. Volg de onderstaande stappen om de juiste machtigingen toe te kennen in Active Directory Domain Services voordat u deze functies installeert.

Machtigingen voor een computerobject toekennen aan het serverobject in Active Directory Domain Services voordat u de Routeringsservicefuncties installeert op een computer die geen domeincontroller is

  1. Klik op Start, wijs Programma's en Systeembeheer aan en klik vervolgens op Active Directory - sites en services om Active Directory - sites en services te openen.

  2. Klik om Active Directory - sites en services uit te vouwen, klik om Sites uit te vouwen en klik vervolgens om de site uit te vouwen waarvan deze computer lid zal zijn.

  3. Klik met de rechtermuisknop op Servers en selecteer Eigenschappen om het dialoogvenster Eigenschappen van server weer te geven.

  4. Klik op het tabblad Beveiliging van het dialoogvenster Eigenschappen van server.

  5. Klik op de knop Toevoegen om het dialoogvenster Gebruikers, computers of groepen selecteren weer te geven.

  6. Klik op de knop Objecttypen om het dialoogvenster Objecttypen weer te geven, klik op Computers en klik vervolgens op OK.

  7. Geef de naam op van de computer waarvoor u de Routeringsservice of de Active Directory-integratiefunctie wilt installeren, klik op Namen controleren en klik vervolgens op OK.

  8. Schakel de volgende machtigingen in voor dit computerobject:

    • Lezen

    • Schrijven

    • Onderliggend object maken

  9. Nadat u deze machtigingen hebt toegestaan, klikt u op Geavanceerd om het dialoogvenster Geavanceerde beveiligingsinstellingen voor servers weer te geven.

  10. Selecteer het computerobject in de lijst met machtigingsvermeldingen en klik vervolgens op de knop Bewerken.

  11. Selecteer Dit object en de onderliggende objecten in de vervolgkeuzelijst Toepassen op en klik op OK.

  12. Klik op OK om het dialoogvenster Geavanceerde beveiligingsinstellingen voor servers te sluiten.

  13. Klik op OK om het dialoogvenster Eigenschappen van server te sluiten.
Aan het Netwerkserviceaccount de machtiging voor het maken van een MSMQ-configuratieobject toekennen voor het computerobject in Active Directory Domain Services voordat u de Active Directory-integratiefunctie installeert op een computer die een domeincontroller is

  1. Klik op Start, wijs Programma's en Systeembeheer aan en klik vervolgens op Active Directory - gebruikers en computers om Active Directory - gebruikers en computers te openen.

  2. Klik op het menu Beeld en schakel de opties in voor Gebruikers, computers en groepen als containers en Geavanceerde opties.

  3. Klik op de container Domein voor het domein om deze uit te vouwen, doe hetzelfde met de container Computers, klik met de rechtermuisknop op het computerobject waarop de functie Active Directory-integratie wordt geïnstalleerd en klik vervolgens op Eigenschappen om het dialoogvenster met computereigenschappen weer te geven.

  4. Klik op het tabblad Beveiliging van het dialoogvenster met computereigenschappen .

  5. Klik op de knop Geavanceerd om het dialoogvenster Geavanceerde beveiligingsinstellingen voor <computer> weer te geven.

  6. Klik op de knop Toevoegen om het dialoogvenster Gebruikers, computers of groepen selecteren weer te geven.

  7. Typ Netwerkservice in het invoervak Geef de namen van de objecten op. Klik op Namen controleren en klik vervolgens op OK.

  8. Schakel Toestaan in voor de machtiging MSMQ-configuratieobjecten maken en klik vervolgens op OK om het dialoogvenster Machtigingsvermelding voor <computer> te sluiten.

  9. Klik op OK om het dialoogvenster Geavanceerde beveiligingsinstellingen voor <computer> te sluiten.

  10. Klik op OK om het dialoogvenster met computereigenschappen te sluiten.

Inhoudsopgave