Een quotasjabloon definieert een limiet voor schijfruimte, het type quota (vast of dynamisch) en (optioneel) een set meldingen die automatisch worden gegenereerd wanneer het quotagebruik gedefinieerde drempelwaarden bereikt.
Door quota's te maken die uitsluitend bedoeld zijn voor sjablonen, kunt u uw quota's centraal beheren door de sjablonen bij te werken in plaats van wijzigingen in elke quota te repliceren. Deze functie vereenvoudigt de implementatie van wijzigingen aan het opslagbeleid door één centraal punt te bieden waar u alle updates kunt maken.
Een quotasjabloon maken |
Klik op het knooppunt Quotasjablonen in Quotabeheer.
Klik met de rechtermuisknop op Quotasjablonen en klik vervolgens op Quotasjabloon maken (of selecteer Quotasjabloon maken in het deelvenster Acties). Op deze manier opent u het dialoogvenster Quotasjabloon maken.
Als u de eigenschappen van een bestaande sjabloon wilt kopiëren om deze te gebruiken als basis voor uw nieuwe sjabloon, selecteert u een sjabloon in de vervolgkeuzelijst Eigenschappen van quotasjabloon kopiëren. Klik vervolgens op Kopiëren.
Of u er nu voor hebt gekozen om de eigenschappen van een bestaande sjabloon te gebruiken of dat u een nieuwe sjabloon maakt, op het tabblad Instellingen moet u de volgende waarden aanpassen of instellen:
Geef in het tekstvak Sjabloonnaam een naam op voor de nieuwe sjabloon.
Geef in het tekstvak Label een optioneel beschrijvend label op dat verschijnt naast quota's die zijn afgeleid van de sjabloon.
Bij Limiet voor schijfruimte:
-
Geef in het tekstvak Limiet een waarde op en kies een eenheid (kB, MB, GB of TB) om de limiet voor schijfruimte op te geven voor de quota.
-
Klik op de optie Vaste quota of Dynamische quota. (Met een vaste quota wordt voorkomen dat gebruikers bestanden opslaan nadat de limiet voor schijfruimte is bereikt en worden er meldingen gegenereerd wanneer het gegevensvolume een geconfigureerde drempel bereikt. Met een dynamische quota wordt de quotalimiet niet afgedwongen maar worden wel alle geconfigureerde meldingen gegenereerd).
-
Geef in het tekstvak Limiet een waarde op en kies een eenheid (kB, MB, GB of TB) om de limiet voor schijfruimte op te geven voor de quota.
U kunt een of meer optionele drempelmeldingen configureren voor uw quotasjabloon, zoals wordt beschreven in de procedure die hierna volgt. Nadat u alle quotasjablooneigenschappen hebt geselecteerd die u wilt gebruiken, klikt u op OK om de sjabloon op te slaan.
Optionele meldingsdrempels instellen
Wanneer de opslag op een volume of in een map de drempelwaarde bereikt die u hebt gedefinieerd, kunnen er e-mailberichten worden verzonden naar beheerders of specifieke gebruikers, kan een gebeurtenis worden geregistreerd, kan er een opdracht of script worden uitgevoerd of kunnen er rapporten worden gegenereerd. U kunt meer dan een type melding configureren voor elke drempel en u kunt meerdere drempels definiëren voor een quota (of quotasjabloon). Standaard worden er geen meldingen gegenereerd.
U kunt bijvoorbeeld drempels configureren waarbij een e-mailbericht wordt verzonden naar de beheerder en de gebruikers die graag willen weten wanneer een map 85 procent van de quotalimiet heeft bereikt, en waarbij vervolgens nog een melding wordt verzonden wanneer de quotalimiet is bereikt. Bovendien kunt u een script uitvoeren dat de opdracht dirquota.exe gebruikt om de quotalimiet automatisch te verhogen wanneer een drempel wordt bereikt.
Belangrijk | |
Als u e-mailmeldingen wilt verzenden en de opslagrapporten wilt configureren met parameters die passen bij uw serveromgeving, moet u eerst de algemene opties van Bestandsserverbronbeheer instellen (zie voor meer informatie Opties van Bestandsserverbronbeheer instellen). |
Meldingen configureren die worden gegenereerd bij een quotadrempel |
Klik op Toevoegen bij Meldingsdrempels in het dialoogvenster Quotasjabloon maken. Het dialoogvenster Drempel toevoegen wordt weergegeven.
Een quotalimietpercentage instellen dat een melding genereert:
Geef in het tekstvak Meldingen genereren als het gebruik (%) bereikt een percentage van de quotalimiet op voor de meldingsdrempel. (Het standaardpercentage voor de eerste meldingsdrempel is 85 procent).
E-mailmeldingen configureren:
Stel op het tabblad E-mailbericht de volgende opties in:
-
Als u aan beheerders wilt melden wanneer een drempel is bereikt, schakelt u het selectievakje E-mail naar de volgende beheerders verzenden in en geeft u de namen op van de beheerdersaccounts waar u de meldingen naartoe wilt sturen. Gebruik de notatie account@domain en gebruik puntkomma's om meerdere accounts van elkaar te scheiden.
-
Als u een e-mail wilt verzenden naar de persoon die het bestand heeft opgeslagen waardoor de quotadrempel is bereikt, schakelt u het selectievakje E-mail verzenden naar de gebruiker die de drempel heeft overschreden in.
-
Als u het bericht wilt configureren, bewerkt u de standaardonderwerpregel en de standaardberichttekst. Op de plaats van de tekst tussen haakjes worden variabele gegevens ingevoegd over de quotagebeurtenis die de melding heeft veroorzaakt. Op de plaats van de variabele [Source Io Owner] wordt bijvoorbeeld de naam ingevoegd van de gebruiker die het bestand heeft opgeslagen waardoor de quotadrempel is bereikt. Als u extra variabelen wilt invoegen in de tekst, klikt u op Variabele invoegen.
-
Als u extra kopteksten wilt configureren (bijvoorbeeld Van, CC, BCC en Beantwoorden), klikt u op Aanvullende kopteksten voor e-mail.
-
Als u aan beheerders wilt melden wanneer een drempel is bereikt, schakelt u het selectievakje E-mail naar de volgende beheerders verzenden in en geeft u de namen op van de beheerdersaccounts waar u de meldingen naartoe wilt sturen. Gebruik de notatie account@domain en gebruik puntkomma's om meerdere accounts van elkaar te scheiden.
Een gebeurtenis registreren:
Schakel het selectievakje Waarschuwing naar gebeurtenislogboek verzenden op het tabblad Gebeurtenislogboek in en bewerk de standaardlogboekvermelding.
Een opdracht of script uitvoeren:
Schakel het selectievakje Deze opdracht of dit script uitvoeren op het tabblad Opdracht in. Typ vervolgens de opdracht of klik op Bladeren om de locatie te zoeken waar het script is opgeslagen. U kunt ook opdrachtargumenten opgeven, een werkmap voor de opdracht of het script selecteren of de opdrachtbeveiligingsinstelling aanpassen.
Een of meer opslagrapporten genereren:
Schakel het selectievakje Rapporten genereren op het tabblad Rapport in en selecteer welke rapporten u wilt genereren. (U kunt een of meer beheerders kiezen als e-mailontvanger van het rapport, of u kunt het rapport e-mailen naar de gebruiker die ervoor heeft gezorgd dat de drempel is bereikt).
Het rapport wordt opgeslagen op de standaardlocatie voor incidentrapporten, die u kunt aanpassen in het dialoogvenster Opties van Bestandsserverbronbeheer.
Klik op OK om uw meldingsdrempel op te slaan.
Herhaal deze stappen als u extra meldingsdrempels wilt configureren voor de quotasjabloon.