RRAS-logboekbestanden worden geschreven naar de map %windir%\tracing. Gebruik deze procedure om te bepalen welke details RRAS in de logboekbestanden vastlegt.

Lidmaatschap van de lokale groep Administrators , of daaraan gelijk, is minimaal vereist om deze procedure te voltooien.

Logboekregistratie in RRAS configureren
  1. Klik in het navigatievenster van de MMC-console Routering en RAS met de rechtermuisknop op de server en klik vervolgens op Eigenschappen. Als u Serverbeheer gebruikt, klikt u met de rechtermuisknop op Routering en RAS en klikt u vervolgens op Eigenschappen.

  2. Kies op het tabblad Logboekregistratie een van de volgende opties:

    • Alleen fouten in logboek registreren. Met deze optie worden alleen gebeurtenissen vastgelegd die wijzen op foutcondities. Hoewel de grootte van het logboekbestand hierbij zo klein mogelijk blijft, bevat het bestand geen informatie die handig kan zijn bij het oplossen van bepaalde verbindingsproblemen.

    • Fouten en waarschuwingen in logboek registreren. Naast fouten worden er bij deze optie ook gebeurtenissen vastgelegd die zich voordoen bij condities die buiten de normale werking vallen, maar die niet per se op fouten hoeven te wijzen.

    • Alle gebeurtenissen registreren. Bij deze optie worden fout- en waarschuwingsgebeurtenissen en alle informatieve gebeurtenissen vastgelegd.

    • Geen gebeurtenissen registreren. Bij deze optie wordt de registratie uitgeschakeld.

    • Informatie over routering en externe toegang registreren (ten behoeve van foutopsporing). Met deze optie wordt aangegeven dat RRAS extra diagnostische informatie moet vastleggen die kan helpen bij foutdiagnoses en verbindings- en prestatieproblemen. De logboekbestanden kunnen bij deze optie erg groot worden. Schakel de optie daarom alleen in als u een probleem onderzoekt.

  3. Klik op OK om de wijzigingen op te slaan.

Aanvullende naslaginformatie


Inhoudsopgave